Praten met kinderen over een oorlog, ja of nee?

Dagelijks zijn er beelden te zien over de schokkende situatie in Oekraïne. Deze beelden van een heftige oorlog komen niet alleen bij ons volwassenen terecht, maar ook bij kinderen. Kinderen zijn nog niet eerder geconfronteerd met een situatie als deze. Het is dan ook normaal dat ze hier vragen over hebben, maar hoe leg je een oorlog uit aan kinderen? Wat kan je wel vertellen en wat kan je beter achterwegen laten?

Praten over oorlog

Heb je het gevoel of heeft jouw kind jou verteld dat hij/zij iets over de oorlog gezien of gehoord heeft? Probeer het dan niet te ontlopen, maar bespreek het. Kinderen kunnen verschillend reageren op een oorlogssituatie, sommige zijn misschien bang dat de oorlog naar Nederland komt en andere vinden het juist spannend en stoer. Het is voor kinderen die bang zijn belangrijk dat je ze geruststelt, zeg bijvoorbeeld tegen ze: ‘De oorlog speelt zich af in Oekraïne, een land ver van ons vandaan’. Probeer bij kinderen die het zien als stoer en spannend de sensatie eruit te halen. Het is belangrijk dat je jouw kind vertelt dat ze jou alles mag vragen over de oorlog. Wees eerlijk in je antwoorden maar treed niet te veel in details.

Nepnieuws en betrouwbare bronnen

Kinderen ontvangen nieuws van veel verschillende bronnen. Ze horen het op school, zien het op sociale media en spreken er met vriendjes/vriendinnetjes over. Kinderen die gebruik maken van sociale media als WhatsApp en Instagram, komen veel in aanmerking met nepnieuws. Het is dan ook belangrijk om zelf up-to-date te zijn over de oorlog om uit te kunnen leggen wanneer iets niet gebeurd is.

Het is tevens een goed idee om je kinderen naar het jeugdjournaal te laten kijken, hierin zullen ze niet geconfronteerd worden met nepnieuws en wordt de situatie in kindertermen uitgelegd.

Laat je kind veel aan het woord

Het is belangrijk om je kind het meest aan het woord te laten. Vertel niet direct hoe de hele situatie zit omtrent de oorlog, maar zoek eerst uit wat je kind er al over weet. Als je kind een vraag stelt als: ‘Is er oorlog mama?’, reageer dan niet met ‘Ja’, maar vraag eerst waarom ze dit denkt. Door veel te vragen en weinig te antwoorden kom je er sneller achter waar je kind op dat moment mee zit. Probeer het onderwerp vaker dan één keer te bespreken. Na een gesprek, en in de loop van de tijd, kan het zijn dat het kind zich steeds meer dingen begint af te vragen. Het is dan ook handig om de volgende dag te vragen aan het kind of hij/zij nog nieuwe vragen heeft.

Moet je op alle vragen antwoord geven?

Dit hangt voornamelijk af van de leeftijd van het kind. Kinderen met een kleuterleeftijd of jonger (onder de 6 jaar) zijn zich vaak nog niet bewust over de situatie, ze hebben er vaak nog geen mening over. Het is in deze gevallen vaak ook niet nodig om het onderwerp aan te snijden. Kinderen van basisschoolleeftijd (6-12 jaar) komen echter op school in contact met gruwelverhalen. Voor deze kinderen is het belangrijk dat je de angst eruit haalt. Vertel dus wel over de oorlog maar ga niet te ver in op de details. Kinderen in de pubertijd zoeken meestal zelf al veel informatie op over dergelijke onderwerpen. Ze zitten dan ook minder snel met vragen, omdat ze het antwoord zelf al ergens gevonden hebben. Toch is het interessant om hun mening aan te horen over de oorlog en een vraag als: ‘Wat vind jij van de situatie tussen Oekraïne en Rusland?’ kan nooit kwaad.